Voor de editie 2019 van de Libris Literatuur Prijs, de belangrijkste prijs voor een Nederlandstalige roman, werden 203 titels ingezonden.
Hoe te kiezen uit zo’n rijke oogst?
De Libris Literatuur Prijs wil een kunstvorm, de literatuur, bekronen. Elke roman is even individueel als een vingerafdruk, maar sommige vingerafdrukken vertonen gelijkenissen met andere. En als je met zijn vijven meer dan 200 romans leest, dringen de dwarsverbanden zich vanzelf aan je op.
Het viel de jury op dat jaargang 2018 een breed scala aan belangrijke thema’s behandelt, die zowel over de binnen- als de buitenwereld gaan. Er verschenen veel romans over relatie- en huwelijkscrises, de zorg voor ouders op leeftijd – of het gebrek aan zorg en het schuldgevoel daarover. Je kunt voorzichtig concluderen dat gezins- en familiebanden, en relaties in de bredere zin van het woord, vaak worden afgezet tegen de behoefte aan vrijheid, ongebondenheid en zelfontplooiing. Voorts kwamen er actuele vraagstukken over klimaat en in- en uitsluiting voorbij, er verschenen drie ‘aardbevingsromans’ en vaak was het kind aan het woord. Alleen het onderwerp migratie dook opvallend weinig op.
Zoomen we iets verder uit dan de thema’s, dan zien we dat er veel romans verschenen van jonge vrouwelijke auteurs. Al aan het begin van hun – hopelijk – grote oeuvres schrijven ze in een krachtige, zelfverzekerde stijl. Hun zinnen fonkelen, hun romans overstijgen de steekwoorden met gemak: ze zijn tegelijk origineel en herkenbaar – universeel in hun thematiek, sterk particulier in hun verbeelding.
De jury moest kiezen uit een sterk en divers aanbod, een moeilijke opgave waarbij we steeds een paar zaken voor ogen hielden. Zo geeft deze jury de voorkeur aan boeken die getuigen van originaliteit, verbeelding, betrokkenheid en avontuur op het gebied van stijl en compositie. Precies deze kenmerken zijn volgens ons relevant als het gaat om de selectie voor een literaire prijs.
Er zijn veel romans die vlot zijn geschreven en die ook inhoudelijk interessant zijn, maar wat komt bovendrijven zijn de romans die méér bieden dan dat: romans met een prikkelende visie op de wereld, op de toekomst of juist op het verleden, ideeënromans, romans die zich onderscheiden door overtuigend buiten de lijntjes te kleuren, door een originele invalshoek, stijl en aanpak.
Grote auteurs voeren de lezer niet alleen mee door een boek, maar door een hele wereld. Hoe doen ze dat? Daar is moeilijk de vinger op te leggen. Het heeft in elk geval te maken met een hoogst eigen stem, die verrast en ons ertoe beweegt te lezen en te herlezen. Niet alleen omwille van de inzichten of verhalen die we meekrijgen, maar vooral omwille van de manier waarop deze inzichten worden verwoord.
De longlist laat zien dat een sterke stijl in vele vormen kan bestaan: bondig en zakelijk of bloemrijk en weelderig, teer en dromerig of rauw en hard, alledaags of verheven en klassiek.
De shortlist toont een staalkaart van stijlen, maar met één gemeenschappelijke deler: het zijn stuk voor stuk boeken die erin geslaagd zijn een verzonnen wereld zo overtuigend neer te zetten dat de lezer niet anders kan dan zich eraan over te geven, zich te laten meevoeren in onbekende hoofden, zich te verplaatsen in andere levens en andere denkwerelden. Om op die manier wellicht ook anders naar onze eigen wereld te kijken. En zo tonen deze boeken de wereld in een nieuw licht of ze confronteren ons juist met de onbegrijpelijkheid ervan. Ze schudden aan vaste denkbeelden en vertrouwde ervaringen, ze verrassen en bevrijden. Dat is de kracht van fictie en de betekenis van literatuur.
Aan de hand van deze overwegingen koos de jury de zes beste literaire romans van het afgelopen jaar:
- Jan van Aken – De ommegang, Querido
- Johan de Boose – Het vloekhout, De Bezige Bij
- Rob van Essen – De goede zoon, Atlas|Contact
- Esther Gerritsen – De trooster, De Geus
- Bregje Hofstede – Drift, Das Mag
- Ilja Leonard Pfeijffer – Grand Hotel Europa, De Arbeiderspers